I.2 Paragrafen

Paragraaf 2.4 Financiering

Inleiding

In de paragraaf financiering wordt het financieringsbeleid besproken. Financiering heeft enerzijds betrekking op het (tijdelijk) uitzetten en aantrekken van financiële middelen uit hoofde van treasury, anderzijds op het verstrekken van geldleningen en garanties uit hoofde van de publieke taak.

In deze paragraaf gaan we in op het risicobeheer en de stand van zaken en ontwikkelingen met betrekking tot onze tijdelijk overtollige middelen. Verder gaan we in op de renteontwikkelingen, liquiditeitsbegroting en financieringsbehoefte. Ook komen de leningen verstrekt uit hoofde van de publieke taak aan bod, gevolgd door de garant- en borgstellingen. Hierbij wordt ook ingegaan op de risicopositie met betrekking tot de leningen en garanties.

Wat is treasury?
Treasury omvat alle activiteiten die gericht zijn op het sturen en beheersen van, het verantwoorden over en het toezicht houden op de financiële vermogenswaarden, de financiële geldstromen, de financiële posities en de hieraan verbonden risico's.
Treasury omvat alle werkzaamheden gericht op het formuleren van beleid, het aantrekken van eventueel noodzakelijke financiering en het uitzetten van tijdelijk overtollige middelen.

Wat zijn financieringen in het kader van de publieke taak?
Binnen de geldende wet- en regelgeving bepaalt de provincie wat zij onder haar publieke taak verstaat en hoe deze wordt uitgeoefend. Voor de uitoefening van haar publieke taak kan de provincie leningen en garanties tegen bepaalde voorwaarden verstrekken aan een onderneming om hiermee een voor de provincie Drenthe gewenst beleidsdoel te behalen.

Wat willen wij bereiken?

De provincie heeft een behoudend treasurybeleid.
Het beleid is gericht op het minimaliseren van financiële risico's en het binnen de geldende (wettelijke) kaders behalen van een zo optimaal mogelijk rendement. Dit kan betekenen dat (potentieel) niet het hoogste rendement wordt behaald.
Het treasurybeleid heeft de volgende doelstellingen:

  • het verkrijgen en behouden van duurzame toegang tot financiële markten, tegen de scherpst mogelijke condities, zodat te allen tijde in de behoefte aan financiële middelen kan worden voorzien;
  • het minimaliseren van financiële risico’s, zoals liquiditeits-, krediet- rente-, valuta-, koers- en solvabiliteitsrisico’s;
  • het opzetten en onderhouden van een goede en efficiënte financiële infrastructuur;
  • het minimaliseren van de interne verwerkingskosten en externe kosten bij het beheren van de geldstromen en financiële posities;
  • het optimaliseren van de renteresultaten binnen de geldende wet- en regelgeving en de richtlijnen en limieten van de Nota financiering provincie Drenthe 2024.

Wat zijn onze belangrijkste kaders?

Provinciale Staten geven de kaders voor de uitvoering van het beleid door middel van de Financiële verordening provincie Drenthe 2024, de Nota financiering provincie Drenthe 2024 en de paragraaf financiering in de begroting. Dit alles in overeenstemming met de bepalingen in de Provinciewet, het Besluit begroting en verantwoording (BBV) en de Wet financiering decentrale overheden (Wet fido) en onderliggende ministeriële regelingen.
Provinciale Staten worden door middel van de paragraaf financiering in de jaarrekening in staat gesteld haar controlerende taak uit te voeren op het gevoerde beleid, zoals is geregeld in de Provinciewet.

Wat gaan wij daarvoor doen?

Risicobeheersing

Een belangrijk onderdeel van het financieringsbeleid is het beheersen van risico's. Onder risicobeheer wordt verstaan: inzicht krijgen in de omvang van het risico, de gevolgen van dat risico afwegen en indien nodig beheersmaatregelen treffen. Het BBV schrijft voor dat in de paragraaf financiering aandacht geschonken dient te worden aan de beleidsvoornemens ten aanzien van het risicobeheer. De Nota financiering gaat in op de volgende risico's: renterisico, valutarisico, kredietrisico, liquiditeitsrisico, koersrisico en solvabiliteitsrisico. Solvabiliteitsrisico komt aan de orde in de Paragraaf weerstandsvermogen en risicobeheersing. In onderstaande tabel de overige risico's beschreven, waarbij ook de risico-inschatting en de bijbehorende getroffen beheersmaatregelen worden vermeld.

Risico

Toelichting

Risico inschatting

Beheersmaatregel

Renterisico kortlopende schulden - kasgeldlimiet

Het renterisico op kortlopende schulden kan aanzienlijk zijn als de provincie een te groot deel van haar financieringsbehoefte met kortlopende leningen invult. Fluctuaties in de korte rente kunnen direct een relatief grote invloed hebben op de rentelasten. De kasgeldlimiet stelt een grens aan de omvang van de kortlopende financiering en is het bedrag dat de provincie maximaal als gemiddelde netto vlottende (kortlopende) schuld per kwartaal mag hebben. Voor provincies is dat 7% van het begrotingstotaal.

Laag

Naar verwachting zal deze limiet niet worden overschreden in 2026.

Renterisico langlopende schulden - renterisiconorm

Het renterisico op langlopende schulden is het risico dat de rentelasten fors stijgen als nieuw aan te trekken leningen een hogere rente hebben dan de leningen die worden afgelost. Het renterisico op langlopende schulden mag daarom de wettelijke renterisiconorm niet overschrijden. De renterisiconorm bedraagt 20% van het begrotingstotaal.

Zeer laag

Op dit moment heeft de provincie geen langlopende leningen. De renterisiconorm zal ook in 2026 niet worden overschreden.

Valutarisico

Het risico dat de wisselkoers van vreemde valuta verandert, zodat een vordering, schuld of verplichting, luidende in vreemde valuta, nadelig wijzigt.

Nihil

Valutarisico’s worden uitgesloten, conform de Nota financiering provincie Drenthe. Betalingsverkeer, uitzettingen en financiering vinden alleen plaats in euro's.

Kredietrisico

Het kredietrisico heeft betrekking op de mogelijkheid dat een derde partij, waarbij uitzettingen uitstaan, verplichtingen niet kan nakomen waardoor de hoofdsom (deels) verloren gaat.

Laag

Het uitzetten van gelden vindt plaats conform de bepalingen in de Wet fido en de onderliggende ministeriële regelingen. De kredietwaardigheid van de tegenpartij wordt gevolgd. De Nederlandse Staat (schatkistbankieren) en haar decentrale overheden (onderling lenen) worden als zeer kredietwaardig beschouwd. Leningen in het kader van de publieke taak worden verstrekt met inachtneming van het bepaalde in de Nota financiering provincie Drenthe.

Intern liquiditeitsrisico

De kans dat er niet aan de financiële verplichtingen kan worden voldaan door een tekort aan liquide middelen.

Laag

Door middel van een liquiditeitsplanning worden de aanwezige liquide middelen afgestemd op de verwachte ontvangsten en uitgaven.

Koersrisico

Het koersrisico is het risico dat de uitzettingen in waarde verminderen door ongunstige koers- c.q. renteontwikkelingen.

Nihil

-

Voldoen aan kasgeldlimiet en renterisiconorm

Kasgeldlimiet
De kasgeldlimiet is opgenomen in de Wet fido en stelt een grens aan de omvang van de korte financiering (looptijd < 1 jaar). Korte financiering dient ervoor om tijdelijke liquiditeitstekorten voor de financiering van lopende uitgaven op te vangen. Juist voor korte financiering geldt dat het renterisico aanzienlijk kan zijn, aangezien fluctuaties in de rente bij korte financiering direct een relatief grote invloed kunnen hebben op de rentelasten. De kasgeldlimiet bedraagt 7% van het begrotingstotaal. Voor 2026 is dat circa € 44 miljoen.

De gemiddelde netto vlottende schuld per kwartaal mag de kasgeldlimiet niet structureel overschrijden. Uiterlijk bij de derde overschrijding geldt een meldplicht aan de toezichthouder. Wij verwachten, net als in voorgaande jaren, dat de kasgeldlimiet in 2025 niet zal worden overschreden.

Renterisiconorm
Om het renterisico op de langlopende schuld te beheersen is in de Wet fido de renterisiconorm opgenomen. Renterisico op de langlopende schuld (looptijd > 1 jaar) heeft betrekking op de contractuele renteherzieningen en aflossingen in enig jaar. Het renterisicobedrag is de optelsom van leningen met een renteherziening of een herfinancieringsmoment.
Het doel van de renterisiconorm is het voorkomen van een overmatige afhankelijkheid van het renteniveau in één bepaald jaar. De renterisiconorm bedraagt 20% van het begrotingstotaal en mag niet worden overschreden.
De provincie Drenthe heeft op dit moment geen langlopende geldleningen opgenomen. De renterisiconorm zal in 2026, en naar verwachting ook in de jaren daarna, niet worden overschreden. Dit is in onderstaande tabel weergegeven.

Renterisiconorm (bedragen x € 1.000)

2026

2027

2028

2029

Stap

(1)

Renteherzieningen

0

0

0

0

(2)

Aflossingen

0

0

0

0

(3) = (1 + 2)

Renterisico

0

0

0

0

(4)

Renterisiconorm

126.197

126.197

126.197

126.197

(5) = (4 > 3)

Ruimte onder renterisiconorm

126.197

126.197

126.197

126.197

Berekening

(4a)

Begrotingstotaal 2026

630.985

(4b)

Percentage

20%

(4) = (4a x 4b)

Renterisiconorm van alleen 2026

126.197

Optimaliseren van rendement

Schatkistbankieren
De overtollige liquide middelen die niet voor de uitoefening van de publieke taak ingezet worden, moeten conform de Wet fido aangehouden worden bij het Rijk (verplicht schatkistbankieren). Dit betekent dat de middelen op een rekening-courant bij het ministerie van Financiën worden aangehouden, maar wel vrij ter beschikking van de provincie staan.
Ook mogen leningen worden verstrekt aan openbare lichamen: andere decentrale overheden waarmee geen toezichtsrelatie bestaat (ook genoemd: onderling lenen). Op dit moment heeft de provincie geen leningen meer verstrekt aan openbare lichamen, de laatste zijn in 2024 aan ons afgelost. Het is mogelijk dat we in de toekomst (kortlopend) leningen aan decentrale overheden gaan verstrekken, mits dit voldoende rendement oplevert ten opzichte van de tarieven die op tegoeden in de schatkist van toepassing zijn.

De uitzonderingen op het verplichte schatkistbankieren zijn vastgelegd in de Regeling schatkistbankieren, waaronder middelen aangehouden in het Fonds nazorg gesloten stortplaatsen provincie Drenthe en middelen voor zover deze het zogenaamde drempelbedrag niet te boven gaan. Het drempelbedrag is gelijk aan 2% van het begrotingstotaal, indien het begrotingstotaal lager is dan € 500 miljoen: voor Drenthe is dat het geval.

Uitzettingen van tijdelijke overtollige middelen
In onderstaande tabel is de treasuryportefeuille opgenomen, met de prognose voor 2026, onderverdeeld naar kortlopende en langlopende uitzettingen. De afname van de omvang van de totale portefeuille is het gevolg van uitvoering van beleidsvoornemens. Verderop in deze paragraaf wordt ingegaan wat de verwachte ontwikkelingen op de langere termijn zijn en wat dit betekent voor de financieringsbehoefte van de provincie.

Treasuryportefeuille (bedragen x € 1.000)

30-06-2025

Prognose 31-12-2026

Kortlopende uitzettingen

's Rijks schatkist

399.099

96.247

Langlopende uitzettingen

Leningen aan decentrale overheden

0

0

Totaal

399.099

96.247

Drempelbedrag
Het drempelbedrag is bedoeld om het dagelijkse kasbeheer te vereenvoudigen: niet elke laatste euro hoeft elke dag naar de schatkist te worden overgeboekt. Het drempelbedrag is het maximale bedrag dat we over een heel kwartaal gezien gemiddeld op dagbasis buiten de schatkist mogen aanhouden en is voor de provincie Drenthe 2% van het begrotingstotaal. Voor 2026 is het drempelbedrag circa € 12,6 miljoen (2% van € 631 miljoen). We verwachten net als in voorgaande jaren het drempelbedrag in 2026 niet te overschrijden.

Ontwikkeling rentebaten
Onze begrote rente is gebaseerd op de rentebaten uit de treasuryportefeuille en de uitzettingen uit hoofde van de publieke taak. Omdat de provincie geen financieringen heeft aangetrokken zijn er geen rentelasten. De verwachte rentebaten zijn op de tegoeden in 's Rijks schatkist zijn voorzichtig meegenomen in de lopende begroting 2025 (€ 6,6 miljoen) en 2026 en 2027 (€ 2,6 miljoen resp. € 0,8 miljoen).
De liquiditeitsprognose laat zien dat de omvang van de treasuryportefeuille de komende jaren zal afnemen, door uitvoering van beleidsvoornemens.
Omdat de rentebaten een algemeen dekkingsmiddel vormen op de provinciale begroting, is de begroting gevoelig voor bewegingen in de rentemarkt. Vrijval van de langlopende uitzettingen of aflossing van leningen in het kader van de publieke taak heeft gevolgen voor de begroting voor zover deze niet (opnieuw) worden uitgezet als leningen in het kader van de publieke taak.

Ontwikkeling rentetarieven
Het monetaire beleid van de ECB is gericht op prijsstabiliteit in het eurogebied: een inflatie van 2% op de middellange termijn. Als maatregel tegen de sterk gestegen inflatie heeft de ECB sinds juli 2022 de depositorente in verschillende stappen verhoogd tot 4,00% in september 2023. Inmiddels is de rente weer in stappen verlaagd tot 2,00%.
Of de ECB de rente nog verder verlaagt, is onduidelijk. Verschillende banken denken dat het einde aan de renteverlagingen in zicht is, met een verwachting die ligt tussen de 1,50% en 2,00% richting eind 2026.
Renteaanpassingen door de ECB werken ook door in de rentevergoeding die de provincie op haar tegoeden ontvangen.

Optimaal voorzien in de financieringsbehoefte

Liquiditeitsbegroting
De liquiditeitsbegroting geeft inzicht in de verwachte ontwikkeling van de liquiditeitspositie en financieringsbehoefte in de komende jaren, gebaseerd op de ambities in onze begroting.

In bovenstaand diagram zijn de verwachte ontwikkelingen van de treasuryportefeuille en de uitzettingen in het kader van de publieke taak weergegeven. De verwachte gemiddelde financieringsbehoefte blijkt hier ook uit.

Bij het opstellen van de liquiditeitsbegroting hanteren we de volgende uitgangspunten:

  • De basis wordt gevormd door besluiten van Provinciale Staten.
  • Met betrekking tot de uitgezette leningen wordt een inschatting gemaakt van de nog te verstrekken (tranches van) leningen en wordt uitgegaan van de overeengekomen aflossingsschema's.
  • Met betrekking tot investeringen wordt een inschatting gemaakt van de fasering van de uitgaven. Gereserveerde bedragen die nog niet aan specifieke investeringsprojecten zijn toegewezen zijn niet meegenomen in de liquiditeitsbegroting. Hetzelfde geldt voor de uitgavenpatronen voor specifieke uitkeringen (SPUKs).

Financieringsbehoefte
Uit het diagram komt naar voren dat op basis van de huidige inzichten en ambities zoals in deze begroting opgenomen, er in 2029 een financieringsbehoefte ontstaat. De financieringsbehoefte is in de tijd opgeschoven, voor een groot deel te verklaren door de omvangrijke SPUKs die reeds zijn ontvangen, maar pas later tot uitgaven zullen leiden. Het moment van de uitgaven is gebaseerd op de jaren waarin de bestedingen in de begroting zijn opgenomen.

Wij hanteren het principe van totaalfinanciering, waarbij de financieringsbehoefte voor de gehele organisatie wordt bepaald. Hierdoor zijn de rentekosten zo laag mogelijk en wordt de administratieve last beperkt. Dit in tegenstelling tot projectfinanciering, waarbij voor een specifiek, zelfstandig project langetermijnfinanciering wordt aangetrokken.

Naarmate we verder vooruit kijken, neemt de onzekerheid in de liquiditeitsprognose toe.
Het gaat dan onder andere om:

  • De omvang en timing van te ontvangen SPUKs.
  • We ontvangen steeds meer geld via SPUKs van het Rijk, waarbij het om forse bedragen gaat en het lastig is in te schatten wanneer deze middelen uitgegeven zullen gaan worden.
  • Vervroegde aflossing van verstrekte leningen en latere opnames van verstrekte leningen.
  • Omvang en timing van uitgaven voor grondaankopen.
  • Onderbesteding: begrotingswijzigingen, gerealiseerde rekeningresultaten en budgetoverhevelingen die gedurende het jaar plaatsvinden.

Uitzettingen in het kader van de publieke taak

Naast de uitzettingen in het kader van de treasurytaak heeft de provincie diverse leningen en garanties verstrekt in het kader van de publieke taak. Eerst komen de verstrekte leningen aan bod, daarna de garant- en borgstellingen.

Overige verstrekte leningen

De leningen betreffen voornamelijk langlopende, niet verhandelbare vorderingen die veelal een oorspronkelijke looptijd hebben van meer dan een jaar.

Naam
(bedragen x €1.000)

Einddatum

Rente

Stand Lening 30-06-2025

Prognose     31-12-2026

Hypotheken

Medewerkers provincie Drenthe

31-12-36

divers

1.304

1.080

Totaal Hypotheken

1.304

1.080

Verstrekte leningen (kredietsubsidies)

Bio Energy Hartlief-Lammers B.V.

0,60%

100

100

Coöperatie "Agrarische Natuur Drenthe" U.A.

31-03-29

0%

200

150

Coöperatie Kredietunie Drenthe-Overijssel U.A.

31-12-30

3,00%

35

20

Glasvezel De Wolden B.V. (lening 1)

31-03-41

0,798%

7.088

6.413

Glasvezel De Wolden B.V. (lening 2)

31-03-41

1,416%

899

814

Glasvezel Zuidenveld B.V.

31-10-42

0,65%

4.853

4.433

RE-NET Hoogeveen B.V.

31-12-38

0,82%

3.000

2.600

Stichting Drentse Energie Organisatie (Energiefonds Drenthe) - lening 1

0%

39.200

39.200

Stichting Drentse Energie Organisatie (Energiefonds Drenthe) - lening 2

2,00%

1.000

13.000

Stichting Drentse Energie Organisatie (Energiefonds Drenthe) - lening 3

0%

3.000

6.000

Stichting Drentse Energie Organisatie (Energiefonds Drenthe) - lening 4

3,00%

1

Stichting Groenfonds (Ontwikkelfonds Energiecoöperaties)

31-12-39

0%

1.200

1.200

Stichting Maatschappij van Weldadigheid

31-12-35

2,00%

523

428

Stichting Van Gogh en Drenthe te Nieuw Amsterdam/Veenoord

30-04-25

0%

46

19

Vekoglas B.V.

31-12-34

0,67%

97

77

Vereniging CPO Gees - Klimopschool

31-12-25

0%

3

0

Totaal Verstrekte leningen (kredietsubsidies)

61.244

74.455

Verstrekte overige geldleningen

Nationaal Restauratiefonds

1,50%

7.546

12.500

Stichting RTV Drenthe

31-12-35

0,751%

1.186

970

Verwijdering asbestdaken Drenthe (Stimulerings-, Verzilver- en Maatwerklening)

divers

6.647

8.100

Zonneleningen (via SVn)

31-05-30

divers

1.088

300

Totaal Verstrekte overige geldleningen

16.467

21.870

Leningen aan deelnemingen

Drentse Holding B.V.

0%

2.500

2.500

Enexis Holding N.V. (tranche A)

30-11-80

2,15%

11.858

11.858

Enexis Holding N.V. (tranche B)

30-11-80

1,40%

412

412

WMD Drinkwater N.V.

31-12-34

2,25%

6.000

6.000

Totaal Leningen aan deelnemingen

20.770

20.770

Totaal Overige verstrekte leningen

99.785

118.175

Medewerkers provincie Drenthe

Per 31 december 2024 stond nog circa € 1,4 miljoen aan hypothecaire leningen uit bij medewerkers van de provincie. De toegenomen complexiteit in fiscale wet- en regelgeving, de hogere eisen ten aanzien van zorgplicht voor financiële instellingen, de wens voor meer flexibiliteit in arbeidsvormen en tot slot de onmogelijkheden om iets te laten aan passen in bestaande leningen hebben in de afgelopen jaren geleid tot een versnelde afbouw van de portefeuille. De verwachting is dat de huidige deelnemers veelal zullen blijven, los van verloop door bijvoorbeeld verhuizing en door extra aflossingen. De begrote omvang van de portefeuille is gebaseerd op de aflossingskalender voor de spaar-en annuïtaire hypotheken, en reeds gedane (extra) aflossingen in 2025.

Bio Energy Hartlief-Lammers B.V.

Voor de uitvoering van de Drentse Green Deal is een lening verstrekt van € 200.000,--. Hiervan is € 100.000,-- afgelost, voor het restant is een voorziening getroffen. Wij blijven in gesprek over de mogelijkheid tot aflossing van het restant van de lening.

Coöperatie "Agrarische Natuur Drenthe" U.A.

Aan deze coöperatie is in 2015 een lening van € 338.000,-- verstrekt, als voorfinanciering van haar uitvoerende werkzaamheden ten behoeve van het Agrarisch Natuur- en Landschapsbeheer (ANLb) in Drenthe. In 2017 is deze lening verhoogd tot € 638.000,--. Het restant van de lening wordt in jaarlijkse termijnen van € 50.000,-- afgelost, voor het laatst op 31 maart 2029.

Coöperatie Kredietunie Drenthe-Overijssel U.A.

Kredietunie Drenthe-Overijssel is een coöperatieve kredietvereniging, voor en door ondernemers. Kredietunie Drenthe-Overijssel verstrekt financiering aan ondernemers in het midden- en kleinbedrijf en ondersteunt hen daarnaast middels hun kennis, ervaring en contacten. In 2017 heeft de provincie een lening verstrekt van maximaal € 145.000,--. Hiervan is € 50.000,-- opgenomen. Deze € 50.000,-- wordt in 10 jaarlijkse termijnen afgelost.

Glasvezel De Wolden B.V. (lening 1)

Aan Glasvezel De Wolden B.V. is een lening verstrekt van € 9,0 miljoen voor de aanleg van een breedbandnetwerk, voor zogenaamde ‘witte’ adressen. Het netwerk is operationeel en in april 2021 is gestart met de aflossing op de lening. De lening wordt in 20 jaar in maandelijkse termijnen afgelost.

Glasvezel De Wolden B.V. (lening 2)

Aan Glasvezel De Wolden B.V. is een tweede lening verstrekt van € 1.142.000,-- voor de aanleg van een breedbandnetwerk, voor zogenaamde ‘witte’ adressen. Het netwerk is operationeel en in april 2021 is gestart met de aflossing op de lening. De lening wordt in 20 jaar in maandelijkse termijnen afgelost.

Glasvezel Zuidenveld B.V.

Aan Glasvezel Zuidenveld B.V. is een lening verstrekt van € 5,6 miljoen voor de aanleg van een breedbandnetwerk. Het netwerk is operationeel en de lening wordt in 20 jaar in maandelijkse termijnen afgelost. Rente en aflossing worden tijdig ontvangen.

RE-NET Hoogeveen B.V.

Aan RE-NET Hoogeveen B.V. is een lening verstrekt van € 4,0 miljoen voor de aanleg van een breedbandnetwerk. Het netwerk is operationeel en de lening wordt in 20 jaarlijkse termijnen afgelost.

Stichting Drentse Energie Organisatie (Energiefonds Drenthe) - lening 1

In 2018 is een leningovereenkomst gesloten met Energiefonds Drenthe voor een maximumbedrag van € 39,2 miljoen. De lening is volledig opgenomen. Over de lening is geen rente verschuldigd. Na beëindiging van de activiteiten van Energiefonds Drenthe (thans voorzien per ultimo 2030) wordt een eindverantwoording met liquidatieplan opgesteld. Dit liquidatieplan zal een aflossingsschema bevatten.

Stichting Drentse Energie Organisatie (Energiefonds Drenthe) - lening 2

In januari 2023 is een leningovereenkomst gesloten met Energiefonds Drenthe voor de uitbreiding van het fondsvermogen van € 16 miljoen. Over het opgenomen deel van de lening is een rente van 2% verschuldigd. Per 30 juni 2025 was een bedrag van € 1 miljoen opgenomen. Na beëindiging van de activiteiten van Energiefonds Drenthe (thans voorzien per ultimo 2030) wordt een eindverantwoording met liquidatieplan opgesteld. Dit liquidatieplan zal een aflossingsschema bevatten.

Stichting Drentse Energie Organisatie (Energiefonds Drenthe) - lening 3

In januari 2023 is een leningovereenkomst gesloten met Energiefonds Drenthe voor de uitbreiding van het fondsvermogen van € 6,6 miljoen, dat specifiek zal worden ingezet voor het verstrekken van renteloze leningen ten behoeve van de verduurzaming van maatschappelijk vastgoed. Over de lening is geen rente verschuldigd. Per 30 juni 2025 was een bedrag van € 3 miljoen opgenomen. Na beëindiging van de activiteiten van Energiefonds Drenthe (thans voorzien per ultimo 2030) wordt een eindverantwoording met liquidatieplan opgesteld. Dit liquidatieplan zal een aflossingsschema bevatten.

Stichting Drentse Energie Organisatie (Energiefonds Drenthe) - lening 4

In april 2025 is een leningovereenkomst gesloten met Energiefonds Drenthe voor de uitbreiding van het fondsvermogen van € 25 miljoen. Over het opgenomen deel van de lening is een rente van 3% verschuldigd. Wanneer het eerste deel van de lening zal worden opgenomen is nog niet bekend. Daarom is er geen prognose per 31 december 2026 opgenomen. Na beëindiging van de activiteiten van Energiefonds Drenthe (thans voorzien per ultimo 2030) wordt een eindverantwoording met liquidatieplan opgesteld. Dit liquidatieplan zal een aflossingsschema bevatten.

Stichting Groenfonds (Ontwikkelfonds Energiecoöperaties)

In juli 2021 is een lening verstrekt aan Stichting Groenfonds van € 1,2 miljoen, ten behoeve van het Ontwikkelfonds Energiecoöperaties. De lening heeft een looptijd tot uiterlijk 31-12-2039. Dit revolverende fonds heeft als doel het stimuleren en professionaliseren van lokale energiecoöperaties in Drenthe. Dit gebeurt onder andere door het verstrekken van leningen als voorfinanciering van de kosten die in de ontwikkelfase van wind- en zonne-energieprojecten worden gemaakt.

Stichting Maatschappij van Weldadigheid

In 2015 is aan de Maatschappij van Weldadigheid als onderdeel van de IGO-Frederiksoord en omstreken voor de aankoop van het Inforium een lening van € 950.000,-- verstrekt. De lening wordt lineair in 20 jaar afgelost.

Stichting Van Gogh en Drenthe te Nieuw Amsterdam/Veenoord

Deze lening van oorspronkelijk € 150.000,-- betreft een voorfinanciering van een LEADER-project. In november 2024 is een nieuw aflossingsschema overeengekomen. Er wordt maandelijks € 1.500,-- afgelost; de laatste termijn bedraagt € 11.500,-- en vervalt op 30 juni 2027.

Vekoglas B.V.

Op 18 december 2019 is aan Vekoglas B.V. een lening verstrekt van € 145.000,--, voor de overname van het glasvezelnetwerk van Coöperatie ECO-Oostermoer Verbindt, om het netwerk in stand te kunnen houden. De lening wordt lineair in 15 jaar afgelost.

Vereniging CPO Gees - Klimopschool

De lening aan deze vereniging bedroeg € 12.500,-- en is verstrekt in het kader van de Subsidieregeling collectieve wooninitiatieven. Een bedrag van € 10.000,-- is conform afspraken afgelost. Het restant wordt uiterlijk 31 december 2025 afgelost, of zoveel eerder als de laatste kavel voor het woningbouwproject wordt geleverd aan een lid van de vereniging.

Nationaal Restauratiefonds

Het Nationaal Restauratiefonds voert het verstrekken van leningen (en subsidies) uit namens de provincie, ook int zij de rente en aflossingen namens de provincie.

Stichting RTV Drenthe

In 2004 is een lening van ruim € 7,1 miljoen verstrekt aan RTV Drenthe, voor de financiering van het pand Beilerstraat 30 te Assen en investeringen in inrichting en apparatuur. Het restant van de lening wordt in jaarlijkse termijnen afgelost. De laatste aflossingstermijn vervalt op 31-12-2035. Rente en aflossing worden tijdig ontvangen.

Verwijdering asbestdaken Drenthe (Stimulerings-, Verzilver- en Maatwerklening)

Omdat in 2017 verwacht werd dat asbestdaken na 2024 verboden zouden zijn, hebben Provinciale Staten in de Investeringsagenda € 3,5 miljoen vrijgemaakt voor sanering van asbestdaken. Hiervan is € 2,75 miljoen gestort als risicoafdekking voor maximaal € 27,5 miljoen aan te verstrekken leningen, via SVn. Tot en met 30 juni 2025 is er voor een bedrag van € 8,7 miljoen aan leningen verstrekt. In 2019 heeft de Eerste Kamer het wetsvoorstel voor een verbod op asbestdaken echter verworpen. Maar we zien na een periode van daling weer een intensivering in het aantal saneringen van asbestdaken. Daarnaast is in mei 2025 een landelijke communicatie- en bewustwordingscampagne van start is gegaan, wat naar verwachting ook effect zal hebben op de belangstelling voor de asbestdakenlening. De subsidieregeling loopt tot en met 2028, op basis van de huidige ontwikkelingen verwachten we dat de stand van de leningen per ultimo 2026 circa € 8,1 miljoen zal bedragen.

Zonneleningen (via SVn)

De laatste Zonneleningen zijn in 2019 door SVn verstrekt. Het uitstaande bedrag van € 9 miljoen is inmiddels teruggebracht tot circa € 1,1 miljoen per 30 juni 2025. Op basis van de huidige aflossingen die SVn aan ons doet verwachten we dat dit bedrag per 31 december 2026 nog circa € 300.000,-- zal zijn.

Drentse Holding B.V.

Aan het MKB Fonds Drenthe (Drentse Holding BV) is in november 2021 een lening van € 10 miljoen beschikbaar gesteld. De lening heeft als doel de omvang van het MKB Fonds Drenthe te vergroten, zodat het ook in de toekomst haar rol kan blijven vervullen in de financiering van het Drentse MKB. De lening wordt in vier tranches van € 2,5 miljoen beschikbaar gesteld. In december 2024 is de eerste tranche opgenomen. Wanneer de volgende tranche wordt opgenomen is kan nog niet worden niet bekend.

Enexis Holding N.V. (tranche A)

In juli 2020 is een hybride converteerbare aandeelhouderslening aan Enexis Holding N.V. verstrekt van € 11,9 miljoen (tranche A), ten behoeve van investeringen in de uitbreiding van het energienetwerk in Nederland. De lening is onderdeel van een totale aandeelhouderslening van € 500 miljoen.

Enexis Holding N.V. (tranche B)

In november 2020 is tranche B van de hybride converteerbare aandeelhouderslening aan Enexis Holding N.V. verstrekt. Voor Drenthe bedroeg tranche B € 411.534,--.

WMD Drinkwater N.V.

In december 2019 is een lening aan WMD Drinkwater van € 6 miljoen beschikbaar gesteld, ter versterking van haar financiële positie. De lening is achtergesteld bij de vorderingen van andere financiers en heeft een looptijd van 15 jaar. In december 2024 is overeengekomen dat de eerste aflossing met vijf jaar wordt uitgesteld tot 31 december 2030. De einddatum blijft 31 december 2034, wat betekent dat de jaarlijkse aflossing vanaf 2030 wordt verhoogd van € 600.000,-- naar € 1,2 miljoen.

Garant- en borgstellingen
In de afgelopen jaren zijn er diverse garant- en borgstellingen verstrekt. De lopende garant- en borgstellingen zijn in onderstaande tabel opgenomen.

Garant- en borgstellingen
(bedragen x € 1.000)

Aard

Einddatum

Garant-/borgstelling
per 30-06-2025

Garant-/borgstelling
per 31-12-2026

Triodos Bank N.V.

Garantie

31-12-2047

1.200

1.200

Stichting Nationaal Warmtefonds

Garantie

1-1-2034

61

37

Nationaal Groenfonds (inz. leningen pVSPN)

Garantie

4.418

4.138

Totaal

5.679

5.375

Triodos Bank
Woningbouwcoöperaties, particuliere woning eigenaren en verenigingen van eigenaars (VvE's) worden gestimuleerd om projecten op te zetten die leiden naar woningen zonder energierekening. Voor het appartementencomplex 'Ellen' in de Asser woonwijk Lariks heeft de vereniging van eigenaars in 2017 een lening van € 1,2 miljoen aangetrokken bij de Triodos Bank. De Triodos Bank heeft als voorwaarde gesteld dat de provincie garant staat voor de betalingsverplichtingen (rente, aflossing en kosten) van de VvE ten aanzien van de lening. De VVE voldoet aan de rente- en aflossingsverplichtingen aan Triodos: op 30 juni 2025 bedroeg de lening nog € 984.200,--.

Stichting Nationaal Warmtefonds
Het Warmtefonds verstrekt aan (samenwerkende) eigenaar-bewoners en VvE's in de provincie Drenthe Energiebespaarleningen voor het treffen van energiebesparende maatregelen voor woningen. In afwijking van reguliere kredietwaardigheidscriteria van het Warmtefonds, wenste de provincie Drenthe dat de rentekorting ook toegepast werd op aanvragen van eigenaar-bewoners met een leeftijd van 75 jaar of ouder. Voor het verhoogde risico in verband met de leeftijd van de deelnemers heeft het Warmtefonds een garantstelling van de provincie ontvangen, voor een maximaal bedrag van € 500.000,--. Onder deze garantie worden sinds 2022 geen nieuwe leningen meer verstrekt. Nieuwe leningen worden in een nieuw fonds ondergebracht waarvoor geen garantie geldt. Het bedrag waarvoor de provincie kan worden aangesproken zal daarom alleen maar afnemen. Per 30 juni 2025 was het openstaand saldo van de gegarandeerde leningen nog € 61.343,--.

Nationaal Groenfonds (inzake leningen pVSPN)
Het Nationaal Groenfonds heeft aan private partijen leningen met een looptijd van 30 jaar verstrekt als voorfinanciering van te ontvangen subsidie-uitkeringen voor particulier natuurbeheer. Het Nationaal Groenfonds deed dit op basis van de pVSPN-overeenkomst met de provincie: de 'Overeenkomst tot Voorfinanciering Subsidie Particulier Natuurbeheer'. De rente en aflossing op deze voorfinanciering worden door de provincie voldaan uit de jaarlijkse termijnen van de 30-jarige subsidie. De provincie staat garant voor de leningen die het Groenfonds in dit kader heeft aangetrokken, op 30 juni 2025 nog circa € 4,4 miljoen.

Reserveringen t.b.v. leningen en garanties

Aan het verstrekken van leningen en garanties in het kader van de publieke taak zijn risico's verbonden. Ter afdekking van deze risico's wordt bij verstrekking van een lening of garantie een percentage van de hoofdsom in de Reserve opvang revolverend financieren gestort. De gestorte bedragen blijven ook na aflossing van de lening of na de beëindiging van de garantie in de reserve. Eventuele voorzieningen wegens oninbaarheid kunnen worden gevormd ten laste van het gehele saldo van de genoemde reserve.

In onderstaande tabel worden de lopende leningen en garanties weergegeven, met de stortingen die daarvoor in de Reserve opvang revolverend financieren zijn gedaan. Tevens zijn de huidige standen van de leningen weergegeven, net als de huidige risicopercentages en de bijbehorende bedragen ter afdekking van het risico.
De aan Enexis Holding N.V. en WMD Drinkwater B.V. verstrekte leningen zijn niet opgenomen in de tabel, omdat de risico's voortvloeiend uit deze leningen zijn meegenomen in de berekening van het weerstandsvermogen.

In 2021 is reeds een bedrag van € 50.000,-- in de reserve gestort als risicoafdekking voor nog te verstrekken leningen uit hoofde van de Subsidieregeling collectieve wooninitiatieven Drenthe. De looptijd van de subsidieregeling is met vier jaar verlengd, tot en met 31 december 2027. Tot die datum kunnen leningen (tot het subsidieplafond van € 500.000,--) worden verstrekt. Tot en met 30 juni 2024 is één lening verstrekt onder deze subsidieregeling, aan Vereniging CPO Gees - Klimopschool.

Uit onderstaande tabel is af te leiden dat de omvang van de reserve (€ 23 miljoen) voldoende is om de berekende risico's (€ 19,5 miljoen) van de huidige portefeuille leningen en garanties af te dekken. Op dit moment zijn er nog geen nieuwe concrete voornemens tot het verstrekken van nieuwe leningen of garanties in het kader van de publieke taak.

Reserveringen met betrekking tot verstrekte leningen en garanties (bedragen x €1.000)

Leningen

Hoofdsom /
max. bedrag

Risico %
bij aanvang

Storting
in reserve

Stand lening per 30-06-2025

Nog op te nemen

Huidig
risico %

Huidig risicobedrag

Coöperatie "Agrarische Natuur Drenthe" U.A.

638

10%

64

200

0

10%

20

Coöperatieve Kredietvereniging Kredietunie Noord Drenthe U.A.

145

35%

51

35

0

35%

12

Drentse Holding B.V. (MKB Fonds Drenthe)

10.000

10%

1.000

2.500

7.500

10%

1.000

Glasvezel De Wolden B.V. (lening 1)

9.000

10%

900

7.088

0

35%

2.481

Glasvezel De Wolden B.V. (lening 2)

2.000

10%

200

899

0

35%

315

Glasvezel Zuidenveld

5.600

25%

1.400

4.853

747

25%

1.213

RE-NET Hoogeveen B.V.

4.000

10%

400

3.000

0

10%

300

Stichting Drentse Energie Organisatie (lening 1)

39.200

10%

3.920

39.200

0

10%

3.920

Stichting Drentse Energie Organisatie (lening 2)

16.000

10%

1.600

1.000

15.000

10%

1.600

Stichting Drentse Energie Organisatie (lening 3)

6.600

15%

1.000

3.000

3.600

15%

1.000

Stichting Drentse Energie Organisatie (lening 4)

25.000

10%

2.500

0

25.000

10%

2.500

Stichting Groenfonds (Ontwikkelfonds Energiecoöperaties)

1.200

50%

600

1.200

0

50%

600

Stichting Maatschappij van Weldadigheid

950

10%

95

523

0

10%

52

Stichting Van Gogh en Drenthe

150

10%

15

46

0

10%

5

Vekoglas B.V.

145

15%

22

97

0

15%

14

Vereniging CPO Gees - Klimopschool

13

10%

1

3

0

10%

0

Nationaal Restauratiefonds
(extra leningfaciliteiten)

13.364

10%

1.336

7.546

5.818

10%

1.336

Stichting RTV Drenthe

2.371

10%

237

1.186

0

10%

119

Verwijdering asbestdaken Drenthe

27.500

10%

2.750

6.647

20.853

10%

2.750

Zonneleningen (via SVn)

10.415

15%

1.565

1.088

0

10%

109

Subtotaal risicoafdekking leningen

19.656

19.346

Garanties

Max. bedrag

Risico % bij aanvang

Storting
in reserve

Stand garantie per 30-06-2025

Huidig risico %

Huidig risicobedrag

Triodos bank

1.200

10%

120

1.200

10%

120

Stichting Nationaal Warmtefonds

500

20%

100

61

20%

12

Subtotaal risicoafdekking garanties

220

132

Totaal risicoafdekking leningen en garanties

19.876

19.479

Omvang van de Reserve opvang revolverend financieren

22.981

22.981

Toerekening van rente
In het BBV is opgenomen dat de paragraaf financiering inzicht moet geven in de rentelasten uit externe financiering, het renteresultaat en de wijze van rentetoerekening. In onderstaand renteschema wordt dit inzicht gegeven. Per saldo heeft de provincie Drenthe in 2026 alleen rentebaten, daarom is er geen toe te rekenen rente.

Renteschema (bedragen x € 1.000)

A.

De externe rentelasten over de korte en lange financiering

€ 3

B.

De externe rentebaten (idem)

-/-

€ 3.469

Saldo rentelasten en rentebaten

-/-

€ 3.466

C1.

De rente die aan de grondexploitatie moet worden doorberekend

-/-

€ 0

C2.

De rente van projectfinanciering die aan het betreffende taakveld moet worden toegerekend

-/-

€ 0

C3.

De rentebaat van doorverstrekte leningen indien daar een specifieke lening voor is aangetrokken (= projectfinanciering), die aan het betreffende taakveld moet worden toegerekend

€ 0

-/-

€ 0

Aan taakvelden toe te rekenen externe rente

€ 0

D1.

Rente over eigen vermogen

€ 0

D2.

Rente over voorzieningen

€ 0

Totaal aan taakvelden toe te rekenen rente

€ 0

E.

De aan taakvelden toe te rekenen rente (renteomslag)

-/-

€ 0

F.

Verwacht renteresultaat op het taakveld treasury

-/-

€ 3.466

Deze pagina is gebouwd op 09/24/2025 13:07:44 met de export van 09/24/2025 13:02:12